Gevangenisstraffen geëist voor gooien molotovcocktails naar moskee Enschede
Het Openbaar Ministerie Oost-Nederland heeft vandaag gevangenisstraffen geëist tegen vijf mannen uit Enschede voor het gooien van molotovcocktails naar een moskee in Enschede op 27 februari 2016. De officier van justitie acht de mannen schuldig aan brandstichting en poging tot brandstichting gepleegd met een terroristisch oogmerk, en ook de voorbereiding hiervan en de samenspanning hiertoe.
Tegen vier mannen, 24, 36, 35 en 35 jaar, allen uit Enschede, eiste de officier een gevangenisstraf van vier jaar, waarvan 1 jaar voorwaardelijk. Tegen een 34-jarige man uit Enschede eiste hij een gevangenisstraf van 4 jaar, waarvan 2 jaar voorwaardelijk. Voor allen vroeg hij een proeftijd van drie jaar met bijzondere voorwaarden, waaronder reclasseringscontact en contactverboden.
Het requisitoir van de officier begon met de uitleg waarom de terrorismewetgeving niet beperkt is tot alleen syriëgangers, maar geldt voor alle vormen van gewelddadig extremisme. “Op het moment dat molotovcocktails werden gegooid naar de moskee aan de Tweede Emmastraat in Enschede, werd een rode lijn gepasseerd. We mogen in dit land alles denken, alles vinden en heel veel zeggen, maar geweld wordt niet geaccepteerd. Als geweld zou gaan bepalen wat er in een samenleving moet gebeuren, dan is dat de bijl aan de wortel van onze rechtstaat. Die prijs willen wij als samenleving niet betalen.”
Uit de vele afbeeldingen en whatsappgesprekken in het dossier, bijvoorbeeld een foto van een van de verdachten met de SS vlag op de achtergrond, blijkt dat alle verdachten belangstelling hadden voor het rechts-extremisme. Uiteindelijk bleken zij bereid daarbij ook geweld te gebruiken.
De officier acht bewezen dat de vijf mannen allen betrokken waren bij het gooien van de molotovcocktails. Uit camerabeelden en foto’s blijkt dat ze kort voor het gooien alle vijf uit een woning komen, samen in een auto stappen en kort na het gooien weer samen kwamen in de woning. Een getuige had in de tussentijd een van de verdachten gezien bij de moskee en gevolgd naar de woning. In die woning werd later textiel en watten aangetroffen die gebruikt zijn voor het maken van de molotovcocktail. Ook ontbraken bierflesjes uit een krat bij hem van een merk dat ook gebruikt is voor de twee molotovcocktails.
“Er was een gezamenlijk gedragen voornemen om een aanslag te plegen op een moskee. Ieder vervulde hierbij een rol, of het nou fabricage, vervoer, meegaan of gooien is. We spreken hier over medeplegen. Een moskee is meer dan een gebouw. Het is het kloppende hart van een gemeenschap van mensen. Een daad richten tegen die verbindende factor van een gemeenschap, heeft een betekenis die veel verder gaat dan vandalisme. Een moskee is geen willekeurig bushokje dat na een avond stappen door een dronkenmansgroepje wordt vernield. Dat de moskee welbewust als doelwit werd uitgekozen, heeft betekenis. Een factor die daarbij komt, en het erger maakt, is het gebruik van een molotovcocktail. Dat brengt angst voort. En het teweeg brengen van vrees was ook precies de bedoeling, zo blijkt uit dit dossier. De verdachten in deze zaak vonden het wel tijd voor een signaal aan de overheid. Een signaal dat het maar eens klaar moest zijn met de Islam, met AZC’s of met asielzoekers”, aldus de officier.
De rechtbank Overijssel, locatie Almelo, doet uitspraak op 27 oktober 2016.
(Bron: Openbaar Ministerie)
(Foto: 112Twente | News United)